Omgaan met kanker

Handige materialen > Omgaan met kanker

Kanker kan uw leven en dat van uw familie veranderen. Deze vragen stellen veel mensen met kanker en hun mantelzorgers zich:

  1. Hoe gaan we om met de diagnose?

  2. Zijn mijn gevoelens rond kanker ‘normaal’?

  3. Hoe ga ik om met mijn gevoelens?

  4. Hoe ga ik om met stress?

  5. Hoe kan ik gezond blijven?

  6. Hoe ga ik om met mijn nieuwe rol?

Vraag 1: Hoe gaan we om met de diagnose?

Coping (met de diagnose en ziekte omgaan) kan op een actieve of een passieve manier. Bij actieve coping, pakt u de problemen aan. U gaat ze niet uit de weg.

Voorbeelden van actieve coping

  • Realistisch blijven of uw verwachtingen bijstellen

    U erkent de ziekte en de uitdagingen die erbij horen. U beseft dat onbekend is hoe de ziekte zich bij u zal ontwikkelen. Door dit onder ogen te zien bent u beter voorbereid op de stress die bij veranderingen hoort. De ziekte en de gevolgen ontkennen, vraagt veel energie. Het kan u uitputten.

  • Naar zingeving zoeken

    Als u zelf of uw naaste gevorderde kanker heeft, is het normaal dat u nadenkt over de zin van het leven. U vindt andere dingen dan vroeger belangrijk. Probeer doelen die u op lange termijn wilt bereiken, om te zetten naar doelen op kortere termijn. Met elkaar praten over de zin van uw leven kan zeker goed voelen.

  • Iets nalaten

    Veel mensen willen na de diagnose van kanker een aandenken aan zichzelf nalaten. Dat geeft troost: zo blijven ze in het leven van hun familie en vrienden. Enkele voorbeelden:

    • Schrijf een brief of een verhaal over uw leven.

    • Maak een video met speciale herinneringen.

    • Stel een fotoalbum samen.

    • Verken de geschiedenis van uw familie via een stamboom.

    • Maak een lijst van uw favoriete muziek.

    • Verzamel uw favoriete recepten in een boek.

    • Maak uw eigen kunstwerk.

  • U goed verdiepen in uw medicatie

    U krijgt misschien verschillende types medicijnen. Soms is het moeilijk om dat allemaal bij te houden: er komen medicijnen bij, de dosering wordt anders, sommige medicijnen hoeft u juist niet meer te nemen. Maak een lijst waarin u de medicijnen bijhoudt, waarom u ze neemt, en of er bijwerkingen zijn. Dat kunt u dan bespreken met uw artsen.

  • Een gezonde manier van leven

    Kleine veranderingen kunnen ervoor zorgen dat u een gezondere manier van leven gezonder krijgt. Bijvoorbeeld andere voeding of meer beweging. U kunt zich daardoor beter gaan voelen. Als u twijfelt, bespreek die veranderingen dan eerst met uw (huis)arts.

  • Contact met lotgenoten
    Gesprekken met anderen die in dezelfde situatie zitten kunnen fijn zijn. U doet wellicht nieuwe ideeën op om om te gaan met de ziekte. Of misschien helpt u juist anderen. Bij u in de buurt is vast een IPSO centrum voor Leven met en na kanker.

Wil je meer weten over actief omgaan met kanker?

Voorbeelden van passieve coping

U kunt ook passief omgaan met de diagnose en de ziekte. Dat gebeurt bijvoorbeeld als u zich helemaal terugtrekt uit uw sociale leven. Of u laat de situatie zoals ze is, gaat zo gewoon mogelijk door en vermijdt of ontkent bepaalde problemen. Dat is niet per se slecht. Wilt u vooral denken aan zo lang of intens mogelijk leven? Dan kan ontkenning of afleiding werken. Maar deze manier kent ook nadelen.

  • Omgaan met familie en vrienden

    In periodes met stress is sociaal contact soms te moeilijk. U af en toe afzonderen is normaal, maar doe toch zoveel mogelijk mee aan sociale activiteiten. Anders raakt u snel geïsoleerd en worden de problemen groter. Door sociaal contact voelt u zich meer ondersteund, aanvaard en veilig.

  • Totale ontkenning

    Sommige mensen ontkennen volledig dat zijzelf of hun partner kanker hebben. Dat geeft soms wat tijd om het slechte nieuws te verwerken. Maar blijven ontkennen, kan schadelijk zijn. Daardoor stelt u misschien afspraken of beslissingen over behandelingen uit. Ook is het voor familie en vrienden soms moeilijk als u net doet alsof er niks of weinig aan de hand is. Zij kunnen dat dan moeilijk begrijpen, waardoor het contact kan verwateren.

  • Middelenmisbruik

    Sommige patiënten roken of drinken om de stress te verlichten. Dat kan de relatie met uw familie en vrienden schaden. Het is ook slecht voor uw gezondheid. Het kan ervoor zorgen dat u dingen verkeerd inschat. Het wordt dan moeilijker om belangrijke beslissingen te nemen.

  • Overwerken

    Veel werken kan goed zijn: u leert dingen bij, u blijft bezig en u ziet andere mensen. Maar te veel werken kan ook een manier zijn om de kanker en de problemen te vermijden. Probeer allebei om een gezond evenwicht te houden tussen werk en privéleven. Werkt u te hard, dan bent u minder vaak bij uw familie en vrienden. U slaapt en eet minder. En ju zorgt minder goed voor uzelf.

Oefening

Bespreek hoe u en de ander met de ziekte omgaan. Is het eerder actief of passief? Denk eraan: actieve of passieve coping is niet altijd goed of slecht. Het kan ook veranderen.

Praat erover met elkaar. Dan kunt u elkaar helpen als dat nodig is.

Dit kan een moeilijke oefening zijn!

Vraag 2: Zijn mijn gevoelens rond de ziekte 'normaal'?

Meer weten over emoties rond kanker?

Kanker heeft niet alleen gevolgen voor de lichamelijke gezondheid. Het zorgt ook voor veel emoties, zowel bij de patiënt als bij de naaste. Die emoties kunnen elke dag veranderen en zelfs elk uur. U reageert op een ervaring die uw leven verandert. Soms voelt u allebei hetzelfde, soms helemaal iets anders. Dat hoort bij omgaan met kanker.

Die emoties zijn soms moeilijk te verwoorden. Misschien vraagt u zich af of de ander echt begrijpt wat u voelt. Of u wilt hem of haar niet belasten. Uw gevoelens aan de ander kunnen uitleggen, helpt om steun te krijgen of te geven. Ga na of u deze veel voorkomende emoties bij uzelf en de ander herkent:

Boosheid

Veel mensen zijn boos op de kanker, omdat hij is teruggekomen of omdat hij uw leven verstoort. Misschien bent u boos op de dokter die het u heeft verteld, of bent u boos ‘op alles en iedereen’. U vraagt zich misschien af: ‘Waarom overkomt dit mij, ons?’ Soms weet u niet eens waarom u boos bent.

Angst

De boodschap dat de kanker terug is of uitgezaaid is, brengt veel teweeg. U kunt heel bang worden over uw toekomst samen, of voor de dood. U maakt zich bijvoorbeeld zorgen om uw werk, om het moeten loslaten van de ander(en), om geldzaken of om de toekomst. Misschien bent u bang hoe anderen zich voelen en met de situatie omgaan. Minder controle over uw leven te hebben, kan angstig zijn.

Schuldgevoelens

Sommige mensen geven zichzelf de schuld voor de kanker. Maar meestal weten we niet waarom kanker uitzaait of een behandeling niet werkt. Soms voelen mensen zich schuldig om de gevolgen van de ziekte voor hun familie. Of u voelt zich misschien schuldig omdat ze voor u moeten zorgen.
Ook als naaste kunt u zich schuldig voelen, omdat u de situatie niet kunt veranderen of omdat u niet ziek bent. Of omdat u minder tijd hebt voor andere mensen.

Eenzaamheid

Zelfs al hebt u veel vrienden en familie, toch kunt u zich alleen voelen. Misschien denkt u dat niemand begrijpt wat u meemaakt. Dat is normaal. Misschien hebben uw familie, vrienden of collega’s het moeilijk met de diagnose en vermijden ze u.
Als naaste ziet u uw vrienden minder vaak of doet u minder fijne en ontspannende activiteiten. Misschien voelt u zich wat vergeten, omdat de meeste zorg en aandacht naar de patiënt gaat.

Machteloosheid

Na een ernstige diagnose kan het gevoel overheersen dat u niet veel aan de situatie kunt veranderen. U volgt het advies van de dokter en wacht af. U krijgt langzaam het gevoel dat u de grip op uw eigen leven verliest.

Verdriet

U kunt verdrietig zijn over de ziekte, de toekomst en het verlies van uw gezondheid of van uw geliefde. Verdriet is normaal. Maar bij sommigen wordt dat gevoel na een tijd sterker. Het belemmert u dan in dagelijks leven. Heeft u geen zin om normale activiteiten te doen? Zoek snel hulp om de situatie beter aan te kunnen. Wilt u professionele hulp voor uzelf of uw naaste ? Vraag het aan uw zorgteam.

Tip: Praat met mensen in dezelfde situatie als u via lotgenotencontact, lees hun verhalen of luister naar podcasts.

U zult misschien ontdekken dat anderen hetzelfde meemaken of voelen als u.

Helaas is daar geen juist antwoord. Alle mensen reageren anders. Andere patiënten en hun omgeving vonden deze tips alvast interessant.

Deel uw emoties

Mogelijk merken uw familie en vrienden niet dat u het moeilijk hebt. Misschien vragen ze alleen hoe het lichamelijk gaat. Het helpt om te praten als u het moeilijk heeft en te delen hoe u zich voelt.

Geef uzelf tijd

Het kan wat tijd vragen om uw gevoelens te verwerken. Geef uzelf die tijd. Zeg uw familie en vrienden wanneer u bepaalde activiteiten of onderwerpen aankunt of juist niet.

Vraag 3: Hoe ga ik om met mijn gevoelens?

Zoek professionele hulp

Heeft u het gevoel dat u uw gevoelens niet alleen kunt verwerken en dat uw familie
en vrienden u niet kunnen helpen? Vraag dan extra hulp aan een professionele zorgverlener. In en buiten het ziekenhuis kunt u terecht bij organisaties en zorgverleners, zoals een psycholoog, een onco-coach of een maatschappelijk werker.

Weet wat u energie geeft

Probeer terug te denken aan een situatie waarin u net zo verdrietig, boos ... was als nu. Wat hielp u toen of wat gaf u moed? Gebruik die kracht nu ook.

Krijg meer controle

  • Zoek correcte informatie over de kanker, bijvoorbeeld op www.kanker.nl

  • Hou een emotiedagboek bij. Laat het alarm op uw telefoon om de paar uur afgaan. Schrijf dan kort wat u dan aan het doen bent en hoe u zich daarbij voelt.
    Na een tijdje gaat u waarschijnlijk herkennen bij welke situaties of activiteiten u bepaalde emoties ervaart.

  • Praat met andere mensen met kanker of hun naasten. Er zijn veel groepen voor mensen met kanker en naasten.

Vraag 4: Hoe ga ik om met stress?

Mensen hebben stress als ze geestelijk, lichamelijk of emotioneel onder druk staan. Af en toe stress hebben is normaal. Heeft u veel of lang stress, dan kunt u problemen met uw gezondheid krijgen. U herstelt ook trager.

Stress kunt u lichamelijk voelen, bijvoorbeeld veel hoofdpijn, hoge bloeddruk of problemen met uw hart. Het kan zich ook psychologisch of emotioneel uiten: u bent altijd moe, u kunt moeilijk slapen of u bent heel gevoelig voor sommige dingen.

Een ziekte als kanker zorgt vaak voor veel stress. Extra stress kan het nog moeilijker maken om met kanker om te gaan: op het werk, in de familie, door financiële zorgen, dagelijkse zorgen...

Kleine veranderingen kunnen vaak zorgen voor minder stress. Bespreek deze tips om de stress voor u allebei te verminderen:

  • Ken uw grenzen

    Vraagt iemand u een taak te doen en heeft u geen tijd, energie of interesse? Weiger dan beleefd en voel u niet schuldig. Neem op het werk geen projecten aan die uw baan te zwaar maken. Kanker verandert uw leven, dus concentreer u op de dingen die het belangrijkst zijn.

    Vindt u het moeilijk om ‘nee’ te zeggen? Vraag dan wat u in de plaats kunt doen, zoals een kleiner deel van de taak. Of vraag meer tijd om de taak uit te voeren.

  • Durf hulp te vragen

    Meestal willen familie en vrienden helpen. Bedenk bij welke taken u hulp wilt: boodschappen doen, eten maken, met de hond wandelen, een kind van school halen ...

  • Durf nee te zeggen

    Sommige mensen willen de hele tijd bij u zijn om te helpen, maar u vindt dat niet altijd fijn. Bedank hen. Zeg dat u graag alleen wil zijn, of dat u die taak zelf kan doen. Weet u niet goed hoe u dat moet zeggen? Vraag of u een andere keer kunt afspreken. Of vertel dat u graag een keer hulp wilt bij een andere taak.

  • Rangschik uw taken

    Maak een lijst van taken die u vaak moet doen, zoals werk en huishoudelijke taken. Zet bovenaan de dingen die u moet doen en die u heel belangrijk vindt. Rangschik ook de andere taken. Heeft u je geen tijd of energie om alles te doen? Begin dan met de taken bovenaan uw lijst.

  • Splits taken op in kleinere stappen

    Zo kunt u makkelijker problemen aanpakken. Poets bijvoorbeeld elke dag één of twee kamers, in plaats van uw hele huis in een middag te poetsen.

  • Zoek hulp voor administratieve zaken

    Vraag advies aan een maatschappelijk werker of financieel adviseur over verzekeringen, administratie, financiën, een opname in het ziekenhuis, ziekteverlof... Wacht niet met hulp te zoeken, want zulke problemen worden snel groter.

  • Probeer regelmatig te bewegen

    Af en toe bewegen kan helpen tegen de stress. Ga bijvoorbeeld meerdere keren per week een half uur wandelen. Twijfelt u over hoe vaak u mag bewegen? Bespreek het met uw zorgverleners.

  • Ga naar buiten

    Als u kunt, ga dan wandelen in een park of in de natuur. Zon, frisse lucht en de geluiden van de natuur kunnen uw dag beter maken.

  • Spreek af met familie of vrienden

  • Probeer genoeg te rusten en te slapen

    Rusten en slapen heeft u nodig om gezond te blijven.

  • Doe iets ontspannends en probeer nieuwe dingen uit die u leuk lijken

    Probeer dagelijks enkele activiteiten te doen die u graag doet en die u ontspannen. Bijvoorbeeld: een boek lezen, in de tuin werken of naar muziek luisteren. Ga naar uw favoriete restaurant of bekijk uw favoriete reeks op tv.

Tip: ontspanningsoefeningen tegen stress

Veel mensen doen aan ontspanningsoefeningen om de stress te verminderen. Dat kunt u in een paar sessies leren bij een consulent. Veel ziekenhuizen en kankercentra organiseren ook cursussen, zowel voor patiënten als voor mantelzorgers. Ook online zijn verschillende apps en filmpjes te vinden.

Meer weten over ontspanningsoefeningen?

  • Plan of bereid lekkere maaltijden. Maar aanvaard ook de ontgoocheling als een van beiden geen eetlust heeft. Dat is vrij normaal, en u weet nooit wanneer dat zal zijn. Probeer u daar niet boos over te maken.

  • Hebt u geen eetlust? Drink dan zoveel mogelijk water. Water bevordert de algemene werking van uw lichaam. Maak er een goede gewoonte van en zorg dat u altijd een fles water bij zich heeft.

  • Misschien drinkt u af en toe graag een glaasje alcohol. Daar is niets mis mee, maar beperk het tot een minimum. Drink geen alcohol als uw artsen dat afraden.

Meer weten over voeding?

Bewegen

De kans is groot dat u regelmatig moe bent van de ziekte en de behandeling. U wilt dan vooral veel rusten en weinig bewegen. Toch kunt u zich juist minder moe voelen door meer te bewegen. Dat geldt ook voor u als naaste. Ook al heeft niet veel tijd of energie.

Waarom is bewegen goed?

  • U voelt zich minder moe. Als u meer energie heeft, kunt u uw dagelijkse activiteiten blijven doen.

  • Bewegen of sport kan leuk zijn en ontspannend. Het helpt u om niet aan de kanker te denken.

  • Het is goed voor uw gezondheid. U slaapt beter, hebt minder stress en u kunt beter nadenken.

  • Beweegt u vaak? Dan heeft u minder kans op bijwerkingen, zoals moe of misselijk zijn, beschadiging van de zenuwen, vochtophoping of botontkalking.

  • Samen bewegen kan u dichter bij elkaar brengen. U kunt elkaar motiveren.

    Maar misschien vraag u zich af: hoe begin ik eraan? Hoe vaak mag ik bewegen? Vraag uw arts naar een programma om te bewegen. Misschien is er in het ziekenhuis of in de buurt gespecialiseerde fysiotherapie.

    Ook als naaste kunt je met de fysiotherapeut een plan opstellen om te bewegen. Vraag eventueel iemand anders om enkele van u taken over te nemen, zodat u kunt sporten. Kies iets wat u fijn vindt, bijvoorbeeld wandelen, zwemmen, paardrijden of dansen.

Gezond leven kan voor patiënt en naaste een goede manier zijn om met kanker om te gaan. U voelt zich beter, heeft minder stress en u voelt zich minder onzeker.

U kon al lezen dat sociale contacten belangrijk zijn om gezond te leven. De volgende tips gaan over gezonde eetgewoonten en actief blijven.

Opmerking: sommige tips zijn beter haalbaar voor u dan andere. Dat hangt af van uw ziekte en conditie. Helpen de tips u niet? Vraag dan advies aan uw behandelende arts of een diëtist.

Voeding

Als we ons niet goed voelen of voor een zieke zorgen, letten we vaak minder op onze voeding. Toch is het belangrijk om gezond te blijven eten en te proberen van uw maaltijden te blijven genieten.

Een perfect eetpatroon bestaat niet. Sommige dagen kunt u misschien niet eten. Dat kan komen door de behandelingen die u krijgt, door de stress of door uw werk. Op andere dagen eet u goed.

Vraag 5: Hoe kan ik gezond blijven leven?

Hoe vindt u een evenwicht in uw voeding op moeilijke dagen?

  • Varieer uw maaltijden en ingrediënten zoveel mogelijk. Zo krijgt u de nodige voedingsstoffen binnen om op krachten te blijven.

  • Veel mensen met kanker hebben ‘s morgens meer eetlust. Eet dus ’s morgens meer, vooral wat u lekker vindt.

  • Voelt u zich niet zo goed en kunt u niets eten? Maak u zich niet te veel zorgen. Probeer kleine hoeveelheden te eten als het wel weer lukt.

Tips om te bewegen

  • Probeer de hele dag door te bewegen. Doe bijvoorbeeld oefeningen in bed of op uw stoel. Gebruik de trap. Kunt u dat niet meer alleen? Vraag familie of bezoek om u te helpen.

  • Beweeg 3 keer per dag 10 minuten, in plaats van één keer 30 minuten. Maak liever zes korte wandelingen per dag dan één lange.

  • Lig zo weinig mogelijk in bed. Gebruik uw bed alleen om te rusten.

  • Draag stevige schoenen om te vermijden dat u valt. Gebruikt u meestal een hulpmiddel? Neem dat dan mee als u ergens naartoe gaat.

  • Loop naar de winkel of fiets even. Laat de auto af en toe in de garage.

  • Ook in de tuin werken is bewegen. Er is altijd van alles te doen: gras maaien, onkruid wieden, een struik snoeien ...

  • Probeer 20 minuten vroeger op te staan en ga wandelen. Zo begint u de dag fit!

  • Vraag bezoek om met u te gaan wandelen in plaats van (alleen) koffie of thee te komen drinken.

  • Heel wat organisaties bieden activiteiten aan, zowel voor mensen met kanker als voor mantelzorgers.

Meer weten over bewegen?

Moet u onverwachts voor iemand zorgen of heeft u zelf zorg nodig? Dan verandert uw rol in uw relatie of in uw familie. Soms brengt het u dichter bij elkaar en versterkt het uw relatie. Anderen missen hun relatie van voor de kanker.

Was u altijd heel zelfstandig? Dan kunt u het moeilijk hebben als anderen voor u zorgen.
Heeft u nooit voor iemand gezorgd? Dan voelt uw nieuwe rol als mantelzorger misschien ongemakkelijk. Veel naasten zijn niet voorbereid op deze rol en taken.

Vraag 6: Hoe ga ik om met mijn nieuwe rol?

Tips voor mantelzorgers:

  • Weet u niet goed wat u kunt doen als mantelzorger? Informeert u zich over de ziekte. Dat geeft vaak meer zelfvertrouwen. Lees boeken, ga mee naar afspraken. Bedenk op voorhand wat u wilt vragen aan de zorgverleners.

  • Voelt u zich ongemakkelijk bij het wassen en aankleden? Vraag thuiszorg aan om taken over te nemen.

  • Neem niet alles over. Laat de persoon met kanker bepaalde dingen zelf doen. Zo krijgt die ook een gevoel van controle. Denk allebei aan uw grenzen.

  • Geef elkaar voldoende tijd om te wennen. Het is normaal dat u tijd nodig hebt om u aan te passen aan zo’n grote verandering.

  • Probeer de taken te verdelen in de familie of vriendenkring. Bespreek samen wie wat zou kunnen doen. Dan rust de verantwoordelijkheid niet alleen op uw schouders.

  • Sta tijdig stil bij wat u nodig hebt om het vol te houden. Wat tijd voor ontspanning? Wat meer hulp van anderen? Of uitleg over de ziekte of de toekomst?

Meer weten over mantelzorg?